PDF Basket
Het onderzoeks- en onderwijsnetwerk GÉANT verbindt Europese onderzoekers, academici en studenten met elkaar - en met de wereld. Dit gebeurt via een speciale pan-Europese netwerkinfrastructuur met grote bandbreedte, hoge snelheid en veel flexibiliteit.
Momenteel verwerkt het netwerk een indrukwekkende drie exabyte aan gegevens per jaar. Maar nu gebruikers meer data gebruiken dan ooit, ziet het netwerk de vraag met maar liefst 30% per jaar groeien. "Het werd duidelijk dat de netwerkinfrastructuur van GÉANT moest worden uitgebreid om deze groei duurzaam te kunnen bijbenen", zegt Bram Peeters, chief network operations officer van GÉANT.
Die uitbreiding vindt plaats via het door de EU gefinancierde GN4-3N (GN4 fase 3 netwerk) project. Dit hield toezicht op de belangrijkste herstructurering van het backbonenetwerk van GÉANT in de afgelopen tien jaar. Hierbij werd meer dan 24 000 km nieuwe glasvezel toegevoegd en zodoende de dekking van het netwerk van 14 naar 30 landen uitgebreid. Bovendien kregen nog extra landen de beschikking over een verbinding van 100 gigabit per seconde.
"Deze upgrade zorgt ervoor dat de infrastructuur van GÉANT de exponentiële datagroei van vandaag de dag voor blijft, omdat het onderzoek en onderwijs zonder grenzen faciliteert en een naadloze en eerlijke kennisuitwisseling in heel Europa en daarbuiten mogelijk maakt", voegt Peeters toe.
Capaciteiten verbeteren verlaagt de kosten
De eerste stap bij het bouwen van zo'n geavanceerd netwerk voor de toekomst was het vinden van leveranciers. Om te beginnen verwierf het project een geavanceerd openlijn-systeem. "De verschuiving naar zo'n open optisch systeem stelt GÉANT in staat om in de toekomst nieuwe leveranciers voor transponderapparatuur te introduceren,"merkt Peeters op. "Dit betekent dat nieuwe technologieën kunnen worden toegepast wanneer ze opkomen, waardoor het netwerk klaar is voor de toekomst."
Het project maakte vervolgens gebruik van een dynamisch inkoopsysteem bij het beheer van de inkoop van specifieke connectiviteitsdiensten. Via 17 aanbestedingen voor glasvezelconnectiviteit werden 64 contracten afgesloten voor een totaalbedrag van 32,8 miljoen euro.
Het GN4-3N project liet zich bovendien inspireren door oplossingen van commerciële providers en nationale onderzoeks- en onderwijsnetwerken (NREN's), wat leidde tot 30 donkere glasvezelleidingen (oftewel ongebruikte lijnen die in de toekomst extra capaciteit bieden) en zeven gehuurde 5G-lijnen, wat resulteerde in minimaal 100 Gb voor alle deelnemende landen. Tegenover de vroegere verbindingen in sommige landen van 1 Gb of 10 Gb, zorgt 100 Gb voor een grotere deelname door iedereen.
"We hebben niet alleen de mogelijkheden en capaciteit van het netwerk drastisch verbeterd, dankzij het gebruik van nieuwe technologie en langetermijncontracten, maar we hebben zelfs lagere jaarlijkse bedrijfskosten weten te bereiken," merkt Peeters op. "Zo hebben we een oplossing weten te creëren waarmee we ook op de langere termijn zowel technisch als financieel aan alle eisen kunnen voldoen.”
In oktober 2023 worden de laatste leidingstrajecten aangelegd, zodat de migraties kort daarna kunnen worden afgesloten. Sommige onderzoeks- en onderwijsnetwerken (NREN's) migreerden al eerder naar het nieuwe netwerk, waarbij het FCCN van Portugal in juni 2021 de spits afbeet.
Een Europees succesverhaal
Als direct resultaat van deze uitgebreide herstructurering van het backbonenetwerk van GÉANT profiteren gebruikers nu van nieuwe, verbeterde en snellere routering. De verbetering in verbindingssnelheid en betrouwbaarheid betekent een grotere deelname voor de hele onderzoeks- en onderwijsgemeenschap en biedt meer toegang tot big data-rekenmodellen en high-performance computing.
Dankzij de verbeterde en ongeëvenaarde connectiviteit van GÉANT met de rest van de wereld kunnen wetenschaps- en onderwijsteams ongehinderd door grenzen volledig deelnemen aan nieuwe projecten en economische activiteiten.
"Het GN4-3N project is wat je noemt een Europees succesverhaal," besluit Peeters. "Samen hebben we een zeer capabel netwerk opgebouwd dat dekking biedt in 40 Europese landen en alle Europese onderzoeks- en onderwijsnetwerken zodanig met elkaar verbindt dat op de lange termijn ook toekomstige netwerkvereisten van gebruikers gefaciliteerd kunnen worden."
Last but not least zullen met name ook kleine en middelgrote ondernemingen profiteren van de verbeterde connectiviteit, die zowel samenwerking over grenzen heen als deelname aan internationale projecten bevordert.